Vrije voordracht 6 – Rens Varkevisser, BIDMC / Harvard Medical School / Erasmus MC

14:20 – 14:30 – De vijfjaarsoverleving na endovasculaire behandeling van geruptureerde abdominale aneurysmata verbetert over de tijd

Rens Varkevisser1, Nicholas J. Swerdlow1, Livia E.V.M. de Guerre1, Lars Stangenberg3, Kristina A. Giles4, Hence J.M. Verhagen2, Marc L. Schermerhorn1
1BIDMC / Harvard Medical School, Boston, Verenigde Staten, 2Erasmus MC, Rotterdam, Nederland, 3Rhode Island Hospital, Warren Alpert Medical School of Brown University, Providence, Verenigde Staten, 4University of Florida Health, Gainesville, Verenigde Staten

Doel
Toegenomen klinische ervaring en technologische vooruitgang hebben het gebruik van endovasculaire reparatie (EVAR) voor geruptureerde abdominale aorta-aneurysmata (rAAA) doen toenemen. Wij onderzochten of de vijfjaarsoverleving na EVAR en open chirurgie voor rAAA is veranderd in de afgelopen 15 jaar.

Methodes
Gegevens van infrarenale rAAA-behandelingen uit de Vascular Quality Initiative (VQI), een nationale vaatchirurgische database in de VS, werden geanalyseerd (2004–2018). De vijfjaarsoverleving werd geëvalueerd in een vroeg (2004–2012) en laat tijdscohort (2013–2018), afzonderlijk voor EVAR en open chirurgie. Daarnaast werd de overleving tussen EVAR en open chirurgie in beide cohorten vergeleken. Propensity-score matching werd toegepast, gevolgd door Kaplan-Meier- en Cox-proportional-hazards analyses.

Resultaten
In totaal werden 4.638 rAAA-procedures geïdentificeerd: 967 in het vroege cohort (42% EVAR) en 3.671 in het late cohort (61% EVAR). Na matching van EVAR-patiënten (N=732) was de vijfjaarsoverleving significant hoger in het late tijdscohort (63% vs. 49%; HR: 0,77; 95%CI: 0,61–0,97; P=0,027; figuur 1A). Voor open chirurgie (N=782) bleef de overleving gelijk (52% vs. 59%; HR: 1,04; 95%CI: 0,85–1,28; P=0,69; figuur 1B). Vergelijking tussen EVAR en open chirurgie in het vroege cohort (N=554) toonde geen verschil in overleving (51% vs. 46%; HR: 0,88; 95%CI: 0,69–1,11; P=0,28). In het late cohort (N=2.354) was EVAR echter geassocieerd met een hogere vijfjaarsoverleving dan open chirurgie (63% vs. 54%; HR: 0,69; 95%CI: 0,60–0,79; P<0,001).

Conclusie
De vijfjaarsoverleving na EVAR voor rAAA is in de afgelopen 15 jaar aanzienlijk verbeterd, terwijl deze voor open chirurgie stabiel bleef. Dit resulteert in een toenemend overlevingsvoordeel van EVAR